Aardperen, you love it or you hate it……

Tuintips > Aardperen

Ja, waarom begin ik nu zo mijn artikel over aardperen, nou dat is simpel:
– You love it: Aardperen zijn zeer gemakkelijk te kweken, hebben een grote opbrengst , prachtige gele bloemen en er zijn weinig ziekten die deze plant lekker vinden!
– You hate it: Aardperen hebben de neiging tot woekeren en niet iedereen verdraagt ze even goed in zijn/haar darmen (gasvorming)!

Goed, na deze introductie nu maar echt mijn verhaal beginnen over deze plant.

Aardperen

Ze behoren een beetje bij de categorie van “vergeten groenten”, ze zijn slecht te krijgen in de winkel, en als ze al in de herfst te pakken te krijgen zijn (meestal in een biologische winkel) dan is dit maar voor korte duur.Zo ben ik ook begonnen met telen ervan. Gewoon een kilootje gekocht en uitgeplant in de moestuin. Ik had er zo’n 15 knollen geplant en had afgelopen najaar een opbrengst van wel, schrik niet, 40-50 kilo!! Veel te veel voor mij, vandaar dat een ieder die het leuk vind ermee te experimenteren ze gratis bij mij op kan halen. Of om direct te consumeren, of om ermee te kweken.
Ze zijn familie van onze welbekende zonnebloem, en ze lijken een beetje op onze tuinbloem de Helianthus. De Latijnse benaming voor de aardpeer is “Helianthus Tuberosus”. Het woord ‘Tuberosus’ in de Latijnse naam betekent dat ze knollen vormt. En daar gaat het bij aardperen om; je eet die grillig gevormde knollen, je kunt ze koken, bakken, pureren, stoven, soep van maken en ga maar door. Op internet zijn er heel veel lekkere recepten te vinden met aardperen. Zelf gebruik ik ze vaak als vervanging van de aardappel in de stamppot omdat ik niet zo’n aardappel eter ben.

Ja, hoe is de smaak nu te beschrijven: Zelf vind ik dat ze een zachte, iets nootachtige smaak hebben, na het koken zijn ze iets glaziger dan de aardappel.
Men zegt dat ze heel gezond zijn en er wordt een prebiotische werking toe geschreven, prachtig natuurlijk, maar zoals ik bij mijn introductie al zei: sommige mensen reageren er best heftig op, gasvorming, soms een opgeblazen gevoel ervan of buikpijn. Begin dan ook met het eten van een klein beetje ervan om uit te testen hoe jouw lijf erop reageert. Wat ook helpt is maak ze voor die eerste keer goed gaar en gebruik er eventueel kruiden als salie en venkelzaad bij, ook dat kan helpen.
De plant wordt zo’n anderhalf tot twee meter hoog. Een mooie windvanger in de zomer dus. Ze krijgen vrolijke gele bloemen in juli/augustus. Teeltwijze:Gemakkelijker kan bijna niet, je poot een paar knollen in het najaar in de grond, bv. Op een plekje waar je anders weinig mee doet en vervolgens vergeet je ze bijna. De planten zijn heel sterk en in oktober, wanneer het loof begint af te sterven graaf je de (gebobbelde)knollen uit. Ze kunnen soms wel tot een meter ver van de moederplant in de grond zitten. Laat je een knolletje zitten, gegarandeerd dat je volgend jaar weer aardperen hebt. Wil je dit risico niet hebben: kies er dan voor de aardperen in bv. Een grote kuip te kweken.

Ze stellen weinig eisen wat betreft bemesting of standplaats, wel houden ze van de zon.

Je kan ze na opgraven het beste weer inkuilen. Dat werkt prima. Als je wat nodig hebt in de winter, graaf je een emmertje vol uit en als je die in een koude schuur neerzet bij je huis kan je er lang plezier van hebben, tot het op is en je de volgende emmer uit de moestuin gaat halen natuurlijk.Nou, ik hoop dat ik jullie wat enthousiaster heb gemaakt voor deze groente.Ze staan bij mij op tuin nummer 24 vooraan als een soort gezellige afscheiding in de zomer. Kom rustig eens kijken of kom ze afhalen om het zelf ook te proberen. Ze zijn de moeite waard!

Mariline Limbertie